Rineke Tineke Peuleschil, bij ons in Amsterdam Die vroeg de hele tijd maar door hoe alles eigenlijk kwam
Rineke Tineke Peuleschil die vroeg bijvoorbeeld: "Hee Waarom, waarom, waarom valt de maan niet naar benee?"
Ze vroeg het aan de bakker met zijn dikke bolle wangen Die zei: "Ze hebben 'm misschien met touwtjes opgehangen"
Ze vroeg het aan de slager die de karbonaadjes bracht Die zei: "Daar heb ik eigenlijk nog nooit zo aan gedacht"
Ze vroeg het aan de melkboer en de melkboer zei: "O, jee! Vandaag of morgen valt die maan misschien wel naar benee"
Ze vroeg het aan de man die het elektra repareert Hij zei: "Verdraaid, ik weet het niet, dat heb ik nooit geleerd"
Ze vroeg het aan meneer Verheul, de deftige notaris Die zei: "Ik denk punaises, maar ik weet niet of het waar is
Maar laten we 't gaan vragen aan een hele knappe man: De directeur van 't postkantoor, die weet er alles van"
Ze kwamen allemaal aan de deur van 't grote postkantoor Ze vroegen 't aan de directeur, ze vroegen het in koor: "Waarom valt de maan niet naar benee?"
De directeur van 't postkantoor zei: "Wel, dat is bekend Daar zijn bepaalde wetten voor, dat staat in 't reglement!"
En iedereen zei: "Dank u wel, wat fijn om dat te weten!" Toen gingen ze naar huis toe om een boterham te eten
Maar Rineke Tineke Peuleschil is niet zo erg tevree Ze vraagt nog altijd: "Waarom valt de maan niet naar benee?"
Als jullie het te weten komt, stuur dan een telegram Aan Rineke Tineke Peuleschil, bij ons in AmsterdamTeksty umieszczone na naszej stronie są własnością wytwórni, wykonawców, osób mających do nich prawa.