Telg van verdorven vaderen Lapzwans zonder munt of stee Verbannen door abt, waard, en hoermadam Met een plens uit de pispot verschopt
Ellendig wangedrocht Het volk: "De Duvel hale hem"
Een steenhagel joeg hem de stadspoort uit Door melaatsen en bedelaars beschimpt De vloekende menners bespuwen hem Met hun schuimende werkspan op hol Hij wankelde dronken het onland in En zinde verbolgen om wraak "Zo zal het geschieden", een dorre stem Die uit mekkerende vlammen verrees
Ellendig wangedrocht Het volk: "De Duvel hale hem" Onzalig heksenkroost Het volk: "De Duvel hale hem"
De Duvel: "Met mij zult u verkeren Als leerling in mijn kunst der zeven zonden Eer ik uw wraak voltooi, tot mijn genoegen, Op het volk dat u verwierp Kom tot mijn boezem, aanbid mijn naakte geit"
Zeven jaar en een dag passeerden eer hij uit het Hoornenveen trok Aan de weg vernam hij het nieuws van een grauwe passant
De flagellant: "Zwarte plaag teistert Steenwijk stad, God's gramschap straffe ons zondenaars"
Stapels rauwe lijken lagen voor de Onnapoort Adel, pauper, geestelijkheid, de builenpest ten prooi Schamele overlevenden weken starend uit de weg De stank der Zwarte Dood hing als een deken voor de zon
De kerk, een walmend massagraf, haar torenspits ontvlamd Is waar hij zich dit zetelen, temidden van zijn volk Hij dankte trots de Geitenheer, zijn toekomst in 't verschiet Vazal van de Gehoornde, meester van zijn eigen lot
Ellendig wangedrocht Het volk: "De Duvel hale hem" Onzalig heksenkroost Het volk: "De Duvel hale hem" Teksty umieszczone na naszej stronie są własnością wytwórni, wykonawców, osób mających do nich prawa. |
|